ist mit roter Tinte zu unterstreichen.
Die Frachtbriefe müssen nebst Anzahl,
Gattung, Zeichen und Nummer der Ge-
fäße auch das Bruttogewicht jedes ein-
zelnen derselben enthalten und sind für
Nitrozellulose abgesondert auszufertigen.
(₅) Solche Frachtbriefe dürfen die Be-
zeichnung „bahnlagernd“ nicht tragen.
(₆) Auf dem Frachtbrief muß vom
Absender unter amtlicher Beglaubigung
der Unterschrift bescheinigt sein, daß die
Beschaffenheit und die Verpackung der
zu versendenden Gegenstände den be-
stehenden Vorschriften entspricht.
(₇) Die Frachtgebühren sind bei der
Aufgabe zu entrichten. Mit Nachnahme
belastete Sendungen sind vom Trans-
port ausgeschlossen. Auch ist die De-
klaration des Interesses an der Lieferung
nicht zulässig.
(8) Jeder Transport muß — unbe-
schadet anderer Vereinbarungen mit den
betreffenden Eisenbahnverwaltungen im
Einzelfalle —,
mindestens 4 Tage
vor der Aufgabe unter Vorlage einer
genauen und vollständigen Abschrift des
Frachtbriefs bei der Abfertigungsstelle
angemeldet und darf nur zu der von
dieser schriftlich bestimmten Tageszeit
eingeliefert werden.
(₉) Transporte in Sonderzügen sind
der Aufgabebahn mindestens 8 Tage
vor der Aufgabe unter Bezeichnung des
Transportwegs anzukündigen.
1027 —
van de goederen moet met rooden
inkt onderstreept zijn. Op de vracht-
brieven moet behalve het aantal, de
soort, de merken en de nummers
der colli, ook het bruto-gewicht van
elk collo afzonderlikk vermeld ziju,
terwijl voor nitrocellulose een af-
zonderliske vrachtbrief noodig is.
(e) Op dergelijke vrachtbrieven
mag niet de aanwijzing „station
restante“ voorkomen.
(e) Op den vrachtbrief moet de
afzender, wiens handteekening van
overheidswege gelegaliseerd moet
ziin, de verklaring stellen dat de
aard en de wijze van verpakking van
de te verzenden goederen voldoen
aan de bestaande voorschriften.
De vrachtkosten moeten bij
de aanbieding ten vervoer betaald
worden. Zendingen onder rembours
zizu van het vervoer uitgesloten. Ook
is de aangifte van het belang bij
de aflevering niet toegestaan.
(s) Van elke zending moet, be-
houdens de voor ieder bijzonder
geval met de spoorwegbesturen over-
eengekomen andere bepalingen,
ten minste 4 dagen
vöör de aanbieding ter verzending,
met een nauwkeurig en volledig al-
schrift van den vrachtbrief aangifte
gedaan worden aan het station van
afzending; de zending mag slechts
op het door dit station schriftelijk
aangegeven uur ter verzending wor-
den aangeboden.
()Van zendingen met extra-
treinen moet ten minste 8 dagen
voor de aanbieding ter verzending,
onder opgave van de te volgen route,
aangifte worden gedaan aan den
spoorwegdienst, door welken de af-
zending moet plaats hebben.
154“