— 1031 — (3) Die beladenen Wagen dürfen so- wohl auf der Verladestation als unter- wegs und auf der Bestimmungsstation mit der Lokomotive nur dann bewegt werden, wenn sich zwischen ersteren und letzterer mindestens 4 nicht mit leicht Feuer fangenden Gegenständen befrachtete Wagen befinden. Als leicht Feuer fan- gende Gegenstände im Sinne dieser und der Bestimmung unter F Abs. 3 sind Steinkohlen, Braunkohlen, Koks und Holz nicht zu betrachten. (4) Wagen mit explosiven Gegenstän- den dürfen niemals abgestoßen werden und sind auch zum Verkuppeln mit größter Vorsicht anzuschieben. (5) Bei längerem Halten auf Unter- wegsstationen sind die mit explosiven Gegenständen beladenen Wagen in mög- lichst abgelegene Nebengleise zu fahren. Dauert der Aufenthalt voraussichtlich länger als eine Stunde, so ist der Orts- polizeibehörde Anzeige zu machen, um sie in die Lage zu setzen, die ihr im öffentlichen Interesse erforderlich erschei- nenden Vorsichtsmaßregeln zu treffen.                                       F. Bestimmung der Züge und Einstellung der mit explosiven Gegenständen beladenen Wagen in die Züge. (₁) Die Beförderung darf niemals mit Personenzügen, mit gemischten Zü- gen (Güterzügen mit Personenbeförde- liskk in acht genomen worden, wan- neer twee treinen elkaar onderweg Voorbijrijden. (s) De beladen wagens mogen, 200wel 0p het station, waar 2ij ge- laden zijn, als onderweg en op het station van bestemming, Slechts dan door de locomotief in beweging gebracht worden, wanneer zich tusschen locomotief en wagens ten- minste 4 wagens bevinden, die niet met licht ontvlambare stoflen zijn geladen. Steenkolen, bruinkolen, Ccokes en hout zijn, in den zin van deze bepaling en van die onder F, 3 de lid, niet als licht ontvlambaar te beschouwen. (() Wagens met ontplofbare stoffen mogen nimmer afgestocten worden en moeten ock bij het aankoppelen met de grootste voorzorg behandeld Wworden. (5) Bij langer oponthoud op tus- schenstations moeten de met ontplof- bare stoffen beladen wagens op zoover mogelijk verwijderde zisspo- ren gebracht worden. Indien het te Voorzien is, dat het oponthoud langer dan een uur zal duren, moet daarvan kennis gegeven worden aan de plaat- Selijke politie, ten einde deze in staat te stellen de haar in het openbaar belang noodig voorkomende voor- zorgsmaatregelen te nemen. F. Bestemming der treinen en inzetten in de treinen van wagens met ontplofbare stoffen. u) Het vervoer mag nooeit met Personentreinen geschieden; met ge- mengde treinen (goecderentreinen,