Full text: Reichs-Gesetzblatt. 1910. (44)

ein kurzer Vermerk in dem Fracht- 
brief zu machen. 
4. Die mit verdichteten Gasen gefüllten 
Behälter dürfen nicht geworfen, 
auch der Einwirkung der Sonnen- 
strahlen oder der Ofenwärme nicht 
ausgesetzt werden. 
5. Zur Beförderung sind bedeckt ge- 
baute Wagen zu verwenden; die 
Verladung in offene Wagen ist 
nur dann zulässig, wenn die Auf- 
lieferung in zur Beförderung auf 
Landwegen besonders eingerichteten, 
mit Planen bedeckten Fahrzeugen 
erfolgt. 
(₂)Fettgas — reines sowie Fett- 
gas mit einem Zusatz von höchstens 
30 Prozent Azetylen — in einer 
Verdichtung auf höchstens 10 Atmo- 
sphären Überdruck darf in Seebojen 
und in anderen Behältern aus Schmiede- 
eisen (Flußeisen oder Schweißeisen) auf- 
geliefert und in offenen Wagen befördert 
werden. Die Wandungen der Gefäße 
sind derart zu bemessen, daß sie an der 
schwächsten Stelle nicht über ein Fünftel 
ihrer Bruchfestigkeit beansprucht werden. 
Die Gefäße müssen 
à) bei amtlicher, alle 4 Jahre zu 
wiederholender Prüfung einen den 
Füllungsdruck um 50 Prozent, min- 
destens aber um 5 Atmosphären 
übersteigenden Druck ausgehalten 
haben, ohne bleibende Änderung 
                                    1062 
Overschreden is. De uitkomsten 
Van deze proef moeten door 
den bedoelden beambte in het 
kort op den vrachtbrief ver- 
meld worden. « 
4. De houders, bevattende samen- 
geperste gassen moeten zonder 
stooten of schokken behandeld 
worden; ook mogen zij niet nan 
de inwerking van de zonne- 
stralen of van kachelwarmte 
blootgesteld worden. 
5. Voor het vervoer mogen alleen 
gesloten wagens gebruikt wor- 
den; slechts dan mag de ver- 
zending op open wagens ge- 
schieden, indien de aanbieding 
Plaats heeft in voor het ver- 
Voer langs heirwegen bijzonder 
ingerichte voertuigen, welke met 
dekkleeden gedekt zijn. 
()Vetgas — zuiver, alsmede 
vetgas met eene toevoeging 
van ten hoogste 30 pct. acety- 
leen — samengeperst onder eene 
spanning van ten hoogste 10 at- 
mosfeeren overdruk, mag aan- 
geboden worden in zeeboeien en in 
andere houders van smeedijzer, 
Vlocüjzer of welijzer en in open 
wagens vervoerd worden. De wand- 
dikte der houders moet zoodanig 
bepaald worden, dat in de zwakste 
plekken geene spanning ontstaat, 
die meer bedraagt dan ½¼ boven 
hare trekvastheid. De houders 
moeten 
a) bii eene van overheidswege 
Wiedere 4 Jaar te herhalen be- 
Proeving eene drukking door- 
staan hebben, welke 50 pct., doch 
ten minste 5 atmosfeeren meer 
bedraagt dan die, welke bij de
	        
Waiting...

Note to user

Dear user,

In response to current developments in the web technology used by the Goobi viewer, the software no longer supports your browser.

Please use one of the following browsers to display this page correctly.

Thank you.