— 466 —
oder gegen Angehoͤrige einer anderen
Nation begehen sollten, sollen vor den
Preußischen Konsularbeamten gefuͤhrt und
nach Preußischen Gesetzen bestraft werden.
Japanische Unterthanen, welche sich
einer verbrecherischen Handlung gegen
Preußische Unterthanen schuldig machen,
sollen vor die Japanischen Behörden ge-
führt und nach Japanischen Gesetzen be-
straft werden.
Artikel 7.
Alle Ansprüche auf Geldstrafen oder
Konfiskationen für Zuwiderhandlungen
egen diesen Vertrag oder gegen das
geLefägne Handelsregulatio sollen bei
den Preußischen Konsularbehörden zur
Entscheidung gebracht werden. Oie Geld-
strafen oder Konfiskationen, welche von
diesen letzteren ausgesprochen werden,
sollen der Japanischen Regierung zufallen.
Artikel 8.
In allen dem Handel zu öffnenden
Häfen Japans soll es Preußischen Unter-
thanen freistehen, aus dem Gebiete
Preußens oder aus fremden Häfen alle
Arten von Waaren, die nicht Kontre-
bande sind, einzuführen und zu verkaufen,
sowie zu kaufen, und nach Preußischen
Hüäfen oder nach anderen fremden Häfen
auszuführen. Sie sollen nur die Zälle
bezahlen, welche in dem, dem gegenwär-
tigen Vertrage beigefügten Tarif ver-
zeichnet sind, und frei von allen son-
stigen Abgaben sein.
Preußische Unterthanen sollen alle
Arten von Artikeln von den Japanern
kaufen und an dieselben verkaufen dürfen,
und zwar ohne Dazwischenkunft eines
Japanischen Beamten, weder beim Kaufe,
onderdanen of legen de onderdanen
en burgers van cenige andere Natie
zullen voor de Pruisische consulaire
beamblen gebragt worden, en vol-
gens Pruisische weilten worden ge-
straft.
Japansche onderdanen overtre-
dingen begaande tegen Pruisische
onderdanen zullen voor de Japansche
autorileiten gebragt worden en vol-
gens de Japansche wellen worden
gestraft.
Artikel 7.
Alle vorderingen voorgeldstraflen
of verbeurdverklaringen voor schen-
ding van dit Tractaat ol van bet
hier bygaande llandelsreglement zul-
len voor de Pruisische consuleire
beambten ter geregielyke vervolging
gebragt worden, en al de door deze
laalste toegekende geldstrallen of
verbeurdverklaringen zullen nan de
Japansche Regering behooren.
Artikel 8.
In alle den handel te openen
havens van Japan zal hel aan Prui-
sische onderdanen ve staan, om uit
het Pruisische gebied of uit vreemde
havens, allce soorten van Koopwaren,
die geen contrabande 2zyn, in te voe-
ren en te verkoopen, als ook te
koopen en naar Pruisische havens
of naar andere vreemde havens uit
te voeren. 2y zullen slechis de
regten, 2700 als dezelre in de by
het tegenwoordige Tractat gevoegde
Tarief vervat zyn, betalen en vy
van alle andere uitgaven 2yn.
Pruisische onderdanen zullen alle
soorten van arlikelen van de Ja-
anners koopen en aan hun ver-
Koopen kunnen, zonder de tusschen-
komsst van cenig lapansche ambienaar