hörigen Dienstpapiere einsehen oder mit
Beschlag belegen. Die Dienstpapiere
müssen stets von den das etwaige kauf-
männische Geschäft oder Gewerbe des
Konsularbeamten betreffenden Büchern
und Papieren vollständig gesondert sein.
Die Amtsräume und Wohnungen der
Berufskonsuln, welche Angehörige des
Staates sind, der sie ernannt hat, sollen
jederzeit unverletzlich sein. Die Landes-
behörden sollen, soweit es sich nicht um
Verfolgung von Verbrechen handelt,
ohne Zustimmung des Konsuls keine
Amtshandlung dort vornehmen.
Die daselbst niedergelegten Papiere
und Bücher dürfen in keinem Falle
durchsucht oder mit Beschlag belegt
werden.
Artikel 13.
In Fällen der Behinderung, Ab-
wesenheit oder des Todes von General-
konsuln, Konsuln oder Vizekonsuln sollen
die Kanzler und Sekretäre, insoweit sie
als solche der Regierung des Staates,
in welchem sie ihren Amtssitz haben,
namhaft gemacht worden sind, von
Rechtswegen befugt sein, einstweilen die
konsularischen Amtsbefugnisse auszuüben,
und sie sollen während dieser Zeit die
Freiheiten und Privilegien genießen,
welche nach diesem Vertrage damit ver-
bunden sind.
Artikel 14.
Die Generalkonsuln, Konsuln und
Vizekonsuln oder Konsularagenten können
Reichs- Gesetzbl. 1886.
217
de tot het archief behoorende
dienstpapieren inzien of daarop
beslag leggen. De dienstpapieren
moeten Steeds voldoende afge-
zonderd ziin van de boeken en
Papieren betrekking hebbende op
de handelszaak of het bedriif van
den consulairen ambtenaar. De
ambtelijke vertrekken en woningen
van de consuls missi die onder-
hoorigen zijn van den staat die hen
benoemd heeft, zullen ten allen
tiide onschendbaar zijin. De over-
heid van het land zal, voorzoover
het geene vervolging van misdaden
betreft, zonder toestemming de
consuls geene ambtelijke handeling
aldaar verrichten.
De aldaar aanwezige papieren
en boeken mogen in geen geval
onderzocht of in beslag genomen
worden.
ARTIEEL I3.
In gevallen van verhindering,
afwezigheid of overlijden van con-—
suls-generaal, consuls of vice-con-
suls zullen de kanseliers en se-
cretarissen, voorzoover zij als 2oo-
danig bekend gemaakt zin aan de
regeering van den staat in welken
zi) hun zetel hebben, van rechts-
wege bevoegd zijn inmiddels de
consulaire ambtsbevoegdheden uitte-
oefenen en zij zullen gedurende
dezen tijd de vrijdommen en privi-
legien genieten die volgens dit
tractaat daaraan verbonden ziin.
AnrikEL 14.
De consuls-generaal, Consuls en
vice-consuls of consulaire agenten
42
